Door de gezondheidsmaatregelen moest de formule van het festival worden aangepast en werden de gebruikelijke toonbanken met culinaire pareltjes omgetoverd tot tafels waar het publiek werd uitgenodigd om te proeven van een vijfgangenmenu, samengesteld door drie chefs, een patissier, een kaasmaker, een mixologist en een brouwer. Twee speciale avonden stonden in het teken van partnersteden en -regio's van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waaronder Quebec. De Belgisch-Quebecse chef Andréanne Marcil stelde een bijzonder smakelijk voorgerecht samen: op dennentakken gerookte sint-jakobsschelpen, witte boter met knoflookbloemen en bosbessenchutney.